Begeleiding gemeentelijke plannen Wij hebben inzet geleverd om eventuele strijdigheid van gemeentelijke plannen met het provinciale ruimtelijk beleid zo vroeg mogelijk te signaleren en te bespreken. Ook heeft vroegtijdig overleg met gemeenten plaatsgevonden over majeure projecten, waarbij (meerdere) provinciale belangen in het geding zijn. Een specifieke positie neemt het project duurzame ontwikkeling Paleis Soestdijk in. Eind 2018 is een organisatiestructuur ingericht met een stuurgroep, projectgroep en werkgroepen. Het doel is dat de drie overheden, de gemeenten Baarn en Soest en de provincie, gezamenlijk met het consortium gaan samenwerken om de voorgenomen ruimtelijke ontwikkeling van het landgoed Soestdijk aan te laten sluiten bij het ruimtelijke beleid van de overheden. Het consortium heeft in overleg met de drie overheden een ruimtelijk kader voorbereid. Dit wordt de basis voor verdere uitwerking in (deel)bestemmingsplannen die in 2019 zullen worden opgesteld en door de gemeente Baarn in procedure worden gebracht. In 2018 zijn door gemeenten in totaal 369 plannen, vergunningen en principeverzoeken ter reactie aan ons voorgelegd of als ontwerp dan wel vastgestelde versie gepubliceerd. Het ging om 155 “zienswijze-mogelijke” plannen (105 ontwerp-bestemmingsplannen en 50 omgevingsvergunningsaanvragen). In 13 gevallen (ofwel bij 8,4 % van deze plannen) is door ons een zienswijze ingediend. Dit is aanmerkend meer dan de indicator 5%, en wel substantieel minder dan de 11,4 % in 2017. Daarnaast is bij 1 vastgesteld bestemmingsplan een reactieve aanwijzing gegeven en bij 1 vastgesteld plan een proactieve aanwijzing in voorbereiding genomen. Evenals vorig jaar is er geen eenduidige verklaring voor de overschrijding. De verminderde capaciteit bij gemeenten kan debet zijn aan het niet vroegtijdig checken van hun ruimtelijke plannen op de kaders van de PRV en overleggen met ons. Bestemmingsplanwijzigingen worden ook steeds vaker opgesteld naar aanleiding van concrete initiatieven, waarbij kosten en ruimtelijke onderbouwing zoveel mogelijk bij de initiatiefnemers en hun adviseurs worden neergelegd. Sommige adviesbureaus lijken daarbij (mogelijk mede gelet op kostenbeheersing) iets te routinematig met het provinciaal beleid om te gaan. Bij enkele plannen waar een zienswijze aan de orde was, ging het om een onbedoeld niet adequate vertaling van de PRV en/of onze vooroverleg-reactie naar het uiteindelijke plan. In een aantal gevallen is er bestuurlijk bewust door gemeenten gekozen om het ontwerp-bestemmingsplan met (enige) afwijking van de PRV vast te stellen. Geconcludeerd kan worden dat in 2018 de inzet inclusief de zienswijzen nagenoeg altijd wel tot aanpassing van de plannen hebben geleid. Slechts bij een enkel plan was nog een aanwijzing aan de orde. Het beeld is daarmee dat gemeenten adequaat rekening houden met de kaders van ons beleid. Ruimtelijke Agenda Gemeenten (RAG) In de afgelopen jaren hebben wij met 26 gemeenten een ruimtelijke agenda opgesteld. De agenda’s benutten we als middel om de opgaven uit de Provinciale Ruimtelijke Structuurvisie in partnerschap met gemeenten uit te voeren en als kapstok om ruimtelijke thema’s in samenhang te bespreken. Met onze werkwijze van kortcyclisch contact signaleren en agenderen we samenwerkingsmogelijkheden. Dit uit zich onder andere bij nieuwe ruimtelijke opgaven en de gemeentelijke omgevingsvisietrajecten. In 2018 is gestart met de verkenning naar hoe de RAG zich zou kunnen door ontwikkelen tot Omgevingsagenda Gemeenten. Doel is vroegtijdig, geïntegreerd en sneller provinciale belangen aan die van de gemeente te verbinden. Dit vereist een goede ontsluiting van kennis en informatie. Hiervoor zijn in- en externe netwerken en een samenhangende GIS-verbeelding op een eenvoudig raadpleegbare samenwerkingskaart in ontwikkeling. Een voorbeeld van een planproces waarbij verschillende provinciale belangen speelden en waarbij wij vroegtijdig betrokken waren, betreft het plan Hoevelaar van de gemeente Woudenberg. Dit plan voorziet in de uitbreiding met in totaal ca 900 woningen. In 2015 is hiervoor de concrete planvorming gestart en is de planopgave op de Ruimtelijke Agenda Woudenberg geplaatst. In twee daaropvolgende, brede ontwerpsessies over de 1e fase bleken de gemeentelijke hoge ambities op het gebied van duurzaamheid en de noodzaak van nader onderzoek en afweging. Er is vervolgens provinciale expertise ingezet in de vorm van maptable en wasstraat om zowel het stedenbouwkundig plan als keuzes op het vlak van energietransitie en duurzaam waterbeheer te optimaliseren. Met deze verrijking is het bestemmingsplan medio 2018 vastgesteld en inmiddels rechtsgeldig. Overige RAG-voorbeelden zijn: herontwikkeling Zon en Schild in Amersfoort, gebiedsontwikkeling voormalig Hessingterrein in De Bilt, gebiedsontwikkeling Noordschil in Baarn en verkenning regionale omgevingsagenda in de Lopikerwaard. Provinciale Inpassingsplannen Met het opstellen van inpassingsplannen geven wij actief uitvoering aan de borging of realisering van provinciale ruimtelijke belangen. In 2018 waren drie inpassingsplannen in procedure en/of vastgesteld: Reconstructie N226 Hertekop-Schutterhoeflaan (Leusden). Dit betreft de reconstructie van het kruispunt Hertekop (N226), de wegaansluiting Arnhemseweg (N226) op de Schutterhoeflaan, inclusief een fietstunnel. Het in december 2017 vastgestelde inpassingsplan is in 2018 in werking getreden en onherroepelijk geworden. N411 Bunnik. Dit betreft de reconstructie van de Koningsweg/Koningslaan/Provinciale weg en natuurrealisatie. In november 2018 is het inpassingsplan vastgesteld. Kantoren (Amersfoort, Bunschoten, De Ronde Venen, Houten, Leusden, Stichtse Vecht, Utrecht, Veenendaal, Woerden en Zeist). Dit betreft reductie van planologische overcapaciteit op basis waarvan zelfstandige kantoren zouden kunnen worden gerealiseerd. Het inpassingsplan is in december 2018 vastgesteld. Zie hiervoor tevens Programma 4 Economische Ontwikkeling. Verder is gestart met de voorbereiding van het inpassingsplan voor de spoortunnel in de provinciale weg N226 bij de kern Maarsbergen. |